Driekwart jaar zijn ze bezig, de vier zogeheten ‘bruggenbouwers’ Emilia, Hanadi, Karima en Melissa. Ze werken alle vier in een andere Noord-Groningse wijk, met een breed netwerk in hun buurt. Het is allemaal nieuw, maar toch ook weer niet. Eigenlijk doen ze wat ze als vrijwilliger al deden: de verbinding maken met mensen die door de gevestigde organisaties moeilijk worden bereikt. Nu in de vorm van een tijdelijke baan, om zelf te leren en stappen te zetten naar betaald werk.

"Op basis van een profiel, opgesteld met collega’s van WerkPro, wijkbedrijf Selwerd, Sportcentrum Noord en een WIJ-team, hebben wijkorganisaties deze vier vrouwen voorgesteld”, vertelt initiatiefnemer Marije Klopstra (projectleider directie Werk en Participatie van de gemeente Groningen). “We hebben bewust geen vacature geplaatst, dan hadden zij mogelijk niet gereageerd.”

De bruggenbouwers zijn voor begeleiding en ontwikkeling gekoppeld aan een wijkorganisatie in hun wijk, aan een gebiedscoach van Werk en Participatie en hebben, als vorm van waardering, een dienstverband bij WerkPro gekregen. “Er zijn zo min mogelijk kaders. We zeggen vooral: ‘Blijf doen wat je deed, terwijl wij mogen meekijken en van je leren.’”

Het project is mogelijk door een subsidie vanuit SPUK Kansrijke Wijk, die zich richt op interventies die bijdragen aan re-integratie, het voorkomen van geldzorgen en het vergroten van de kansengelijkheid voor kinderen en jongeren. De bijdrage is voor de noordelijke Groningse wijken die vallen onder het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid Groningen-Noord.

De vier bruggenbouwers aan het woord

Volgend jaar juni eindigt het project voor deze bruggenbouwers en starten de volgende vier, dus ze zijn op de helft. Tijd om te vragen: hoe gaat het?

Melissa van Alteren

Melissa (37) woont al haar hele leven in De Hoogte en is vooral actief als activiteitenbegeleider bij Buurt- en Speeltuinvereniging (bsv) De Hoogte. “We mogen het op onze eigen manier invullen. Ik doe veel. Zo heb ik bij de speeltuinvereniging een moestuin opgezet. De groenten gebruiken we bij de kinderkookclub. Ook heb ik een cursus digitale vaardigheden georganiseerd. Een ander voorbeeld: een oudere dame wilde graag met anderen Indisch koken. Daar kwamen twaalf bewoners uit seniorenflat Hoogtepunt op af. Nu willen ze stamppot maken. Ik betrek ze bij alle voorbereidingen, we maken bijvoorbeeld samen de flyers. Dat is toch prachtig!"

Vrouw op haar hurken met een kleine schoffel bij een moestuintje
Melissa van Alteren

"Als bruggenbouwer moet ik doen wat ik al deed. De verbinding maken lukt wel, maar mensen verder helpen vind ik lastig. De mensen hier klagen niet en nemen het zoals het is. Ze komen hier voor een concrete activiteit, bijvoorbeeld een pubquiz, en vragen geen hulp. Op zich logisch, want ze komen met een ander doel, maar wel jammer omdat ik het gevoel heb dat ze het soms wel kunnen gebruiken. Over dat deel voel ik me nog niet helemaal tevreden, maar misschien wil ik te veel en te snel. Ik heb 24 uur per week. Ik heb mezelf nu vaste tijden van 9 tot 15 uur gegeven, maar eigenlijk ben ik er altijd mee bezig. Bijvoorbeeld als ik na schooltijd andere moeders in de speeltuin spreek. Er is veel eenzaamheid. Juist die eenzame mensen wil ik bereiken, door nóg meer samen te werken met alles wat er al in de wijk is. We moeten het samen doen!”

Er is veel eenzaamheid. Juist die eenzame mensen wil ik bereiken

Melissa van AlterenBruggenbouwer

Emilia (Helga) Hoekstra

Emilia (52) woont 27 jaar in Paddepoel. “Ik ben alleenstaande moeder van een groot gezin. Bijstandsmoeder was ik, nu heb ik een baan. Dat is geweldig. Ik ben nog zoekende in het combineren van alles wat ik wil doen. Zo help ik alleenstaande ouders met het invullen van formulieren, zoals bijvoorbeeld een aanvraagformulier voor de Voedselbank. Zo kunnen hun kinderen meer kind zijn. Ook heb ik laatst een mooi feest georganiseerd voor kinderen en hun moeders. Met lekker eten en een cadeaupakketje voor ieder kind.

Ik spreek mensen aan in het winkelcentrum en ga bij ze op bezoek. Aanbellen bij mensen die ik niet ken, doe ik ook. Hebben ze er geen behoefte aan? Dan ga ik weer. Ik heb (nog) geen vaste plek in de wijk en spreek af in het winkelcentrum of in Vensterschool Selwerd/Paddepoel/Tuinwijk. Met Kansrijk West, vrouwenopvang Wender en het Veiligheidshuis werk ik al veel samen. Met het WIJ-team wil ik graag nog meer samenwerken, mee met afspraken of op huisbezoek. Ik hoop dat we elkaar nĂłg beter weten te vinden."

Donkere vrouw met dreads en een wit shirt in een gang met grote ronde lampen aan het plafond.
Emilia (Helga) Hoekstra

"Ik ben ook bezig met dingen van de lange adem, zoals het opzetten van lezingen en cursussen over de Kunst van herstel. Tijdens mijn opleiding Begeleider Specifieke Doelgroepen aan de Noorderpoort heb ik hierover geleerd. De methode komt eigenlijk uit de verslavingszorg, maar het werkt hier ook. De armoedeproblematiek is ook een soort verslaving. Je kent niet anders en je weet niet hoe je eruit moet komen. In de cursus leer je onder andere door met elkaar ervaringen te delen en de regie over je eigen leven te nemen.

Met twee moeders ben ik naar de open dag van mijn opleiding geweest. Nu hebben ze gratis kinderopvang en doen zij diezelfde opleiding. Als ze klaar zijn, wil ik samen cursussen geven. Ik heb zelf veel aan de Kunst van herstel gehad en daarom wil ik het in de wijk toepassen.”

Donkere vrouw met dreads en wit shirt praat met witte man die je op de rug ziet,
Emilia (Helga) Hoekstra

Karima Nasri-Dridi

Karima (54) woont al 28 jaar in Paddepoel en werkt vanuit Wijkbedrijf Selwerd. “De meeste bewoners die ik help, zijn van niet-Nederlandse afkomst. Nieuwkomers gaan niet naar de gemeente of WIJ Groningen, ze zijn bang voor instanties. Ik presenteer mezelf, bijvoorbeeld tijdens een koffieochtend van de Nederlandse les of in de huiskamer van de Vensterschool. Ik praat Arabisch met ze; wat wil je, waarmee kan ik helpen? Vaak eerst met de vrouwen en daarna de mannen. Daarna maak ik contact met instanties en ga ik mee om kennis te maken. Tot ze hun weg gevonden hebben, blijf ik ze begeleiden. Ik laat niet los.  

Ook help ik deelnemers van Wijkbedrijf Selwerd. Met nieuwe mensen maak ik kennis en vraag ik wat ze willen, of ze vragen hebben. Als mensen naar taalles willen, ga ik met ze mee. Ook de kapper die hier werkt, spreekt weinig Nederlands. Dan tolk ik voor de Nederlandse klanten. Sommigen komen bij de fietsenwinkel, dan vertaal ik uit het Arabisch wat ze willen. Ik gebruik nu alles wat ik ooit heb geleerd en ik leer zelf ook veel. Hier ben ik echt op mijn plek.”

Vrouw met blond geverfd haar in een wit shirt en rood pak staat lachend in een tuin.
Karima Nasri-Dridi

“We hebben als bruggenbouwers regelmatig intervisie bij onze werkgever WerkPro. Iedere week heb ik met mijn begeleider bij het wijkbedrijf overleg over hoe het gaat, welke mensen ik heb geholpen. Dat is goed. In het begin vond ik het bijvoorbeeld lastig dat ik moest blijven doen wat ik altijd deed, maar tegelijk bepaalde vrijwilligerstaken moest loslaten. Zo stond ik eerder ook achter de receptie, maar dat was niet meer te combineren met de bruggenbouwerfunctie. Het contact met instanties is als bruggenbouwer trouwens veel makkelijker. Als ik nu bel, behandelen ze me als een collega en nemen ze me serieus.”

Het contact met instanties is als bruggenbouwer veel makkelijker

Karima Nasri-DridiBruggenbouwer

Hanadi Albitar

Hanadi (35) komt uit SyriĂ«, woont sinds zeven jaar in Vinkhuizen en is coördinator van educatieve spelotheek de Smartiez in Vensterschool Vinkhuizen. “Er komen veel mensen met een Arabische achtergrond, maar Nederlanders zijn net zo welkom. Het begint vaak met een vraag over de spelotheek. Als ze me beter kennen, komen er gevoeligere onderwerpen aan bod.

Vanuit mijn eigen ervaring weet ik bijvoorbeeld hoe het is om geldgebrek te hebben en hoe moeilijk het is om hulp te vragen. Dat gevoel van schaamte ken ik. Als ik vertel hoe het voor mij was, helpt dat. Zo heb ik een vrouw, nadat ik haar beter had leren kennen, doorverwezen naar Kindervakantieweken van VluchtelingenWerk Nederland (VWN). Zelf ben ik twee keer geweest. Na afloop zei ze dat het de beste week van haar leven was.”

Vrouw met groene hoofddruk lacht terwijl ze een spelletje speelt.
Hanadi Albitar

“Sinds ik bruggenbouwer ben, krijg ik gevarieerdere vragen over bijvoorbeeld verhuizen, inburgering en participatiebanen. Ik stel ook grenzen aan mijn hulp, want mensen moeten leren om bijvoorbeeld zelf mailtjes te beantwoorden en te bellen. Ik kan erbij helpen.

Als bruggenbouwer kan ik zelf ook veel mensen om hulp vragen, zoals mijn werkcoach of mijn contactpersoon bij WerkPro, en ik maak makkelijker contact met instanties. Ik bereik meer mensen dan eerst. Het gaat vaak om gewone vragen, zoals over een kinderfiets of een sportles. De mensen die ik help, leren hoe ze zich moeten aanmelden en dat vertellen ze weer aan anderen. Wij bruggenbouwers zijn de eerste kraal in de ketting.”

Wij bruggenbouwers zijn de eerste kraal in de ketting

Hanadi AlbitarBruggenbouwer

Belangrijke les

Terug naar de organisaties. “We zien dat de bruggenbouwers vertrouwen opbouwen in de wijk en echt een brug kunnen zijn tussen de dienstverlening van de organisaties en bewoners in de wijk”, zeg Marije Klopstra. “Dat is prachtig.”

Theuni de Groot-Rispens (teammanager Wijkwerken WerkPro en technisch werkgever bruggenbouwers): “Ik merk hoe goed ze het willen doen, veel impact willen maken en veel van zichzelf verwachten. Die ambitie is prachtig en ze zijn bewonderenswaardig krachtig, maar het brengt ook teleurstelling. Ze zijn gewend om zaken snel op te lossen, maar het is lastig om iets snel te veranderen. Daarvan kunnen we als partijen ook leren. We zitten soms vast in een bepaalde manier van denken en werken. Een belangrijke les voor ons is: doen we niet te ingewikkeld?”

Witte vrouw met blond haar, rood shirt en bril kijkt de camera in. Ze staat voor een schuifdeur.
Marije Klopstra

“Ik ben heel trots op het samenspel met bewoners en wijkpartijen”, besluit Marije. “We zeggen als gemeente niet: ‘zo moet het en voer het maar uit’, maar we zijn met elkaar op ontdekkingstocht. Onze nadrukkelijke uitnodiging aan de bruggenbouwers is dat we als organisatie van ze willen leren: wat gaat goed en wat kan beter? Dat is denk ik uniek.”

Theuni de Groot-Rispens

In sommige Groningse wijken gaat het niet goed. Bewoners hebben moeite om rond te komen, leven in een onveilige buurt, wonen in slechtere huizen, komen niet goed mee op school of het lukt ze niet om aan werk te komen. Dat vinden we onacceptabel. Daarom zetten we alles op alles om dit te verbeteren.