Oudere huurders in De Wijert zijn gehecht aan de buurt en hun ruime appartementen. Maar met het klimmen der jaren gaat traplopen steeds moeilijker, en wat moeten ze met al die kamers? Met een gezamenlijk project van vier corporaties én de gemeente verhuizen ze naar toekomstbestendige nieuwbouw in de wijk.

Jannie de Vegt (71) woonde op driehoog aan de Hora Siccamasingel, samen met een hondje en een kanarie zonder naam. Een fijne flat in een fijne buurt. De Vegt woonde er niet voor niets al 41 jaar. Maar het traplopen ging de laatste jaren lastig, vooral omhoog. De flats kampten met schimmel. ’s Winters was het er moeilijk warm te krijgen. De Vegt betaalde 300 euro gas en licht per maand, in haar eentje. Iedereen zei tegen haar: Jannie, je moet eens omkijken naar een andere flat.

Op een dag vond ze een folder in de brievenbus. Bent u 55-plus en wilt u verhuizen naar een gloednieuwe flat, dan is dit misschien uw kans, stond erin. Aan de Spieghelstraat, de Camphuysenstraat en de Reviusstraat, alle drie op steenworp van de Hora Siccamasingel, werden oude flats gesloopt en vervangen door nieuwbouw. De appartementen kregen een lift, werden gasloos en comfortabel geĂŻsoleerd, las De Vegt. En het mooiste was: een flink aantal kwam beschikbaar voor 55-plussers uit De Wijert!

"Ik wilde sowieso graag in de buurt blijven”, zegt De Vegt. “Het mooie is: je bent overal vlakbij. Vlak bij de stad, vlak bij het ziekenhuis. Je bent hier natuurlijk helemaal gewend.” Maar die trappen. Je weet niet hoe de toekomst loopt. “Ik denk: ik ga het proberen.”

Toch al een appartement

De Vegt werd een regelmatige bezoeker van het bewonersspreekuur van verhuurder De Huismeesters op de wijkpost in de Reviusstraat. Haar oude flat huurde ze bij Lefier, maar overstappen was geen enkel probleem, zei De Huismeesters-consulent Mireille van der Velde. De Vegt woonde al 41 jaar in De Wijert, dat telde mee. “We zullen zien wat we kunnen doen”, zei Van der Velde.  

De eerste fase van de nieuwbouw, in de Spieghelstraat, zat inmiddels vol. Het wachten was op fase 2, de Camphuysenstraat, die eind dit jaar wordt opgeleverd. Maar toen, in december vorig jaar, ging de telefoon. Ze hadden een appartement voor haar, in de Spieghelstraat! De Vegt had net de kerstboom opgezet, weet ze nog. “Ik zei: goh, dat had ik niet verwacht, zo snel!”

Inmiddels woont ze vijf maanden in haar nieuwe appartement. In het begin miste ze haar oude flat, de buren, alles wat in 41 jaar zo gewoon was geworden. In de Spieghelstraat was alles nieuw en onbekend. Het was wennen. Haar hond, 15 jaar oud, overleed in de maanden na de verhuizing. Daar heeft ze het soms nog moeilijk mee.

Witte vrouw met spijkerjasje en kort pittig kapsel bij een grote rol bouwmateriaal voor een nieuwbouwflat.
De Huismeesters-consulent Mireille van der Velde

Het is een fijn appartement, dat helpt. Niet veel kleiner dan haar vorige, ook met twee slaapkamers. Warm en comfortabel in de winter, relatief koel in de warme maanden. Het hele appartement heeft vloerverwarming. “Je stelt het in en hoeft nergens meer naar om te kijken.” De Vegt is niet veel duurder gaan wonen. “Ik heb huursubsidie.” Haar energiekosten zijn wel enorm naar beneden gegaan. “Ik hoefde vorige maand maar dertig euro te betalen.”

Ik zei: goh, dat had ik niet verwacht, zo snel

Jannie de VegtDeelnemer project

Beter Anders Wonen

De Vegt is de eerste van een groep 55-plussers die hun flatwoning in De Wijert verruilen voor nieuwbouw in dezelfde wijk. Hun verhuizing is onderdeel van het project Beter Anders Wonen, waarin woningcorporaties en de gemeente oudere huurders een passende woning willen bieden én de doorstroming in de wijk op gang willen brengen. Een voor oudere huurders cruciaal verschil tussen hun oude appartementen en de nieuwe is de aanwezigheid van een lift in de tweede.

“In De Wijert wonen relatief veel oudere huurders”, zegt Sanne Smid, voor de gemeente projectmanager wijkvernieuwing in de wijk. “Vooral in het deel ten noorden van de Van Ketwich Verschuurlaan. In bewonersgesprekken geven die oudere huurders aan dat ze heel plezierig wonen en graag in de wijk willen blijven. Maar veel van die woningen hebben geen lift en zijn dus minder senior-toegankelijk, zoals we dat noemen.”

Oude witte vrouw met een rollator loopt voor een nieuwbouwflat.
Een van de nieuwe bewoners (niet mevrouw De Vegt)

Opgaves aan elkaar koppelen

Hier blijven, maar dan wel in een woning met lift, zo kun je de bewonerswensen samenvatten. Naar aanleiding van ideeën en initiatieven van bewoners is de gemeente met de vier stad-Groninger woningcorporaties in gesprek gegaan, met Beter Anders Wonen als resultaat. Daarin reserveert De Huismeesters honderd van 285 nieuwe appartementen voor verhuiswillige 55-plussers. Die krijgen een op het klimmen der jaren berekende woning, terwijl er door hun vertrek weer woningen beschikbaar komen voor jonge huurders en gezinnen.

Bij sloop en nieuwbouw hebben bewoners van de te slopen woningen recht op een plek in de vervangende nieuwbouw. “Een nadeel van terugverhuizen is dat je twee keer moet verhuizen”, zegt Smid. Bovendien duurde het hele proces van sloop en nieuwbouw langer dan gebruikelijk. Uiteindelijk maakte maar 10 tot 20 procent van de bewoners van de sloopflats gebruik van zijn recht op terugkeer, waardoor veel nieuwe appartementen nog geen huurder hadden.

“Toen is er gezegd: wacht even. Er is die behoefte van bewoners in de wijk. Met dit project willen de corporaties en de gemeente opgaves aan elkaar koppelen: wijkvernieuwing, woonwensen, doorstroming. Je draait een verschillende knoppen tegelijk.”

Normaal vinden vrijkomende huurwoningen een nieuwe huurder via het woningtoewijzingssysteem DAK, voorheen WoningNet. Maar bij nieuwbouw mag je daarvan afwijken, zegt Lisette Lesman, bewonersparticipant van Lefier. De nieuwe woningen aan de Spieghelstraat, de Camphuysenstraat en de Reviusstraat zijn niet specifiek bedoeld voor senioren – iedereen mag en kan er wonen – maar vooral door de lift wel heel geschikt.

Witte vrouw loopt lachend over een nieuwe galerij van een flat.
Sanne Smid (projectmanager wijkvernieuwing, gemeente Groningen)

Met dit project willen de corporaties en de gemeente opgaves aan elkaar koppelen: wijkvernieuwing, woonwensen, doorstroming

Sanne Smidgemeente Groningen

Unieke samenwerking

Het bijzondere van het project is dat vier corporaties erin samenwerken. “Dat hebben we in deze vorm nog niet eerder gedaan”, zegt Lesman. “Uiteindelijk hebben we allemaal hetzelfde doel: mensen een goede en passende woning bieden. De stad heeft een opgave op het gebied van volkshuisvesting. In De Wijert komen veel dingen samen. Door ouderen te huisvesten in onze nieuwbouw, komen woningen vrij die je kunt verhuren aan een doelgroep die ze nodig heeft. Zo help je elkaar. Dat is heel mooi."

"De samenwerking met de gemeente verloopt heel prettig", gaat Lesman verder. "De lijnen zijn kort, je komt elkaar steeds weer tegen bij de wijkvernieuwing. Dus je weet waarvoor je oog moet hebben. Het is goed dat de gemeente kijkt hoe ze mensen kan ondersteunen die om wat voor reden dan ook de stap niet aandurven of door de bomen het bos niet meer zien. Bij een verhuizing komt er veel op je af.”

Witte vrouw met opgestoken blond haar leunt op een galerij-leuning.
Lisette Lesman (bewonersparticipant van Lefier)

Te veel trappen en kamers

Bewonersconsulent Mireille van der Velde van De Huismeesters zit letterlijk midden in de wijkvernieuwing. Haar wijkkantoor zit in een rijtje klassiek geworden wederopbouw-laagbouw in de Reviusstraat, met een riante tuin. Hier was Jannie de Vegt kind aan huis in de maanden vóór het telefoontje bij haar net opgetuigde kerstboom. Rondom de wijkpost worden flats afgebroken en is de stoep met hekken afgezet.

Uit gesprekken met huurders blijkt dat die gehecht zijn aan De Wijert. “De wijk ligt gunstig, het is groen, alle voorzieningen zijn dichtbij”, zegt Van der Velde. “Het enige dat er te weinig is, zijn woningen met een lift.” Huurders wonen er vaak al decennia met veel plezier, tot ze op een kwade dag merken dat ze hun bij de Lidl, Albert Heijn en de dierenwinkel gevulde boodschappentassen de trappen niet meer op krijgen.

Eigenlijk zijn die drie slaapkamers ook meer een last dan een lust aan het worden, nu ze wat ouder – en vaak alleen – zijn. Terwijl een gezin met jonge kinderen waarschijnlijk om zo’n woning zit te springen. Zo brengt Beter Anders Wonen als het goed is een draaimolen van wenselijkheden op gang, waarvan de onderdelen allemaal op het wensenlijstje van de gemeente staan.

Twee witte vrouwen bij nieuwbouwflats. Rechts nog een bouwhek en modder.
Lisette Lesman (links, Lefier) en Mireille van der Velde (De Huismeesters)

Pionieren

In zowel de Camphuysenstraat als de Reviusstraat zijn ongeveer vijftig woningen beschikbaar voor 55-plussers die wel anders – en hopelijk beter – zouden willen wonen. Voor beide straten hebben zich tussen 30 en 35 belangstellenden gemeld. Op een informatiemarkt en in brochures hebben ze gezien hoe mooi en modern de appartementen worden. Er is één vrouw die dat al mag ervaren, in de Spieghelstraat.

En zo is Jannie de Vegt op haar 71ste weer een pionier geworden. Haar hondje is er helaas niet meer, maar de kanarie zingt weer als vanouds. Zelf raakt De Vegt ook stukje bij beetje gewend. Ze kent al een paar buren en zit bij mooi weer lekker in de schaduw op het balkon. “Ik begin nu wel te denken van ja, nou verneem ik dat dit mijn huis is.”

In sommige Groningse wijken gaat het niet goed. Bewoners hebben moeite om rond te komen, leven in een onveilige buurt, wonen in slechtere huizen, komen niet goed mee op school of het lukt ze niet om aan werk te komen. Dat vinden we onacceptabel. Daarom zetten we alles op alles om dit te verbeteren.