Salam Selwerd: 'Nu kan ik hier nooit meer weg'
Een bewogen wandeling door Selwerd
Shahrazed Bougoufa uit Algerije reisde twintig jaar geleden de liefde achterna en kwam terecht in de Vlierstraat in Selwerd. Ghadir Alzokriet droomt hier op een bankje in een park vaak weg naar haar favoriete plek in Homs, Syrië. Maar het betonpuin van een in het kader van de wijkvernieuwing gesloopte flat doet Latefa Yassin, ook uit Syrië, juist denken aan de oorlog die ze ontvluchtte.
De vertellers in de wandelvoorstelling Salam Selwerd komen overal vandaan, uit Noord-Afrika, het Midden-Oosten, uit Khartoem, Soedan. Gelukkige en minder gelukkige omstandigheden brachten ze naar deze naoorlogse uitbreidingswijk met flats en rijtjeshuizen. Daar moesten ze zich een weg zien te vinden in een buurt, een stad en een land waarvan ze de taal niet spraken, letterlijk en figuurlijk.
Hoe gaat het ermee? Hoe vind je het om hier te wonen? Wat vind je leuk? Wat niet zo leuk? Zulke vragen krijgt een immigrant niet vaak. Theatermaker Sijas de Groot van de theaterstichting Tussenland vroeg het wél. Hij kende Bougoufa, spin in het web van wijkactiviteiten. Samen bedachten ze een wandeling waarop 'nieuwe' Selwerders hun wijk laten zien, in het Arabisch.
"Woningbouwvereniging Nijestee gaf aan moeite te hebben om met Arabischsprekende wijkbewoners in contact te komen", zegt De Groot. "Met avonden in de eigen taal, waarop bewoners vertelden wat ze van de wijk vinden, probeerden Nijestee en de gemeente daar wat aan te doen. Het begon met een krant in het Arabisch over wijkvernieuwing in Selwerd. De Arabische gemeenschap reageerde daar heel positief op. 'Iemand doet moeite voor ons', zei een bewoner. 'Wat tof.'"
Andere gesprekken
"Ik liep met Sijas mee op een wijkwandeling door de Korrewegwijk", zegt Shahrazed Bougoufa. "Dat vond ik heel leuk. Je begint met een gezamenlijke meditatie in een kring. Zo bouw je meteen een band op. Je voelt je geen passief deelnemer meer. Al wandelend worden verhalen verbonden aan een plek. Je krijgt andere gesprekken dan als je met elkaar aan een tafel zit.
Ik vond de vertellers op intuïtie. Ik kende ze van mijn werk in de wijk. Deze vrouwen – en één man – stonden hiervoor open. Het was een half jaar hard werken. Vrijdags van vier tot negen uur repeteren. In mei, voor de première, nog vaker. We verzamelden de verhalen, maakten er mooie teksten van en leerden het script uit het hoofd. Deze spelers hebben daar gevoel voor. Ghadir is dichter, Letifa is lerares Engels. Ze snappen wat de bedoeling is."
Op een zaterdag in juni wandelt zodoende een gezelschap van zes gelegenheidsacteurs en ongeveer twintig bezoekers door de wijk. Er zijn mannen en vrouwen bij, witte en donkere, gemeenteambtenaren en jonge stellen met een kind in een buggy.
Ze lopen, kijken, praten. Het is een even gewoon als bijzonder tafereel. Want zo vaak zie je bijvoorbeeld witte mannen niet zomaar wat met moslimvrouwen met een hoofddoek praten.
Op de stoep voor haar rijtjeswoning vertelt Noura Ahmed uit Soedan over haar vierde kind, een jongetje dat met een hartafwijking werd geboren. Hij stierf, ze begroeven hem hier vlakbij op de begraafplaats Selwerderhof. "Nu kan ik hier nooit meer weg."
In het parkje even verderop vertelt Ghadir Alzokriet in bloemrijk Arabisch over het gemis van haar geliefde Homs en de troost die ze vindt in het groen, "wiens lucht de zieken geneest en wiens schoonheid de gezonden verfrist". In de naastgelegen Iepenlaan klapperen oranjevlaggetjes in de wind.
De wijk gezien met andere ogen
In een wijkpost in het winkelcentrum toont de groep een op een bord gehangen 'waardenkaart', gemaakt op basis van een onder Arabische wijkbewoners gehouden enquête. Wat die onder andere belangrijk vinden: 'gezond leven', 'me veilig voelen', 'iets betekenen voor een ander'. Een van de bezoekers merkt op dat het dezelfde dingen zijn als die iedereen belangrijk vindt. Uit een door een van de acteurs meegenomen geluidsbox klinkt een zangerige mannenstem: "Allahoe akbar, Allahoe akbar." Het is tijd voor gebed.
Immigranten zien dezelfde wijk met andere ogen dan oorspronkelijke bewoners, zegt Latefa Yassin bij een afgebroken flat. "Jullie zien hier misschien wijkvernieuwing, ik een kapotgeschoten gebouw." De kelder thuis doet denken aan de schuilkelder in Syrië. Een gat in de grond, voor een in het kader van vergroening en klimaatadaptatie te plaatsen boom, aan een vers gedolven graf.
'Mensen weten elkaar te vinden'
"De wijkvernieuwing begon in 2018 met één hoofddoel: iedereen moet gezond en gelukkig kunnen wonen in de wijk", zegt Kim Meijer, gemeentelijk projectmanager van wijkvernieuwingsproject Sunny Selwerd. "Dat doe je door de wijk fysiek te verbeteren – minder auto’s, meer ruimte voor voetgangers, minder verstening, meer groen – maar ook door ervoor te zorgen dat iedereen meedoet. Dat mensen elkaar vinden, zich betrokken voelen bij elkaar en de wijk.
Zo’n wandeling heeft als bij-effect dat mensen elkaar weten te vinden. Je leert elkaar op een andere, ongedwongen manier kennen. Als je naar de deelnemers aan de wandelingen kijkt is het gelukkig geen ambtenarenfeestje, maar juist een mix van mensen uit de wijk en professionals. Meewandelende wijkbewoners voelen zich, doordat het in hun eigen taal is, ineens ook thuis. Er ontstaan spontaan nieuwe combinaties, nieuwe vriendschappen.
Dit is anders dan een bezoek aan de wijk van een groep ambtenaren of andere professionals. Wijkbewoners zijn zelf onderdeel en eigenaar van de wandeling. Wat wij terugkrijgen is dat mensen heel trots zijn op de wijk. Dat kunnen ze in de wandeling laten zien. Dit is zo’n leuk project dat iedereen er graag bij betrokken wil zijn. Sommige vertellers vonden het heel spannend, hoorde ik. Maar uiteindelijk heeft het op iedereen een heel positief effect. Dit heeft mensen echt geactiveerd."
Na afloop van de wandeling eet iedereen hapjes op het Wijkbedrijf, in een lokaal waar allemaal borrelende aquariums staan. "Ik woon drie jaar in Selwerd, maar het is de eerste keer dat ik zo’n wandeling door de wijk maak", zegt Mansour Abdelfatah, de man van verteller Noura.
Bezoeker Akram Algunaid, medisch administrateur uit Jemen, spreekt zijn dank uit. Het is niet makkelijk om van de ene cultuur naar de andere te gaan, zegt hij in het Engels. "Nederland is individualistisch. Dit geeft hoop dat ik er meer bij kan horen."
"Zo simpel is het dus om met elkaar in contact te komen", zegt bezoeker Annemarie van der Molen, die bij de Gemeente Groningen werkt. Gewoon met elkaar praten, vragen hoe het gaat. Het gaat er niet om wie de eerste stap zet, zegt Algunaid, als het maar gebeurt. "Het is fijn dat er vandaag mensen zijn komen luisteren. Voor deze twee uurtjes heb ik me niet vreemd gevoeld."